Australian Labradoodle

Geschiedenis

Voor het onstaan van de Australian Labradoodle moeten we teruggaan naar de jaren 80. Toen werd namelijk de eerste allergievriendelijke hond gekweekt die tevens dienst deed als (blinde)geleidehond. Het was een kruising van 2 hondenrassen: de Koningspoedel (met allergievriendelijke vacht en intelligentie) en de Labrador (met zijn will-to-please karakter). 
Later werden er nog 4 andere rassen "ingemengd" ter verbetering (Engelse Cocker Spaniel / Amerikaanse Cocker Spaniel / Ierse Water Spaniel / Curly Coated Retriever). Uiteindelijk resulteerde dit jarenlange selectieve fokprogramma in de Australian Labradoodle, met als resultaat een niet-verharende hond die in 98% van de gevallen geen allergische reactie geeft, een familiehond die zeer leergierig en mensgericht is, en die zelfs opgeleid kan worden tot hulphond.

Om het ras zuiver en puur te houden hebben de fok- en onderzoekscentra zichzelf wel heel strenge regels opgelegd voor wat betreft gezondheid en ethiek. Eén van deze regels is dat de pups (jong) gesteriliseerd of gecastreerd moeten worden om zuivere bloedlijnen te kunnen waarborgen en om illegale broodfok tegen te gaan.